De ultieme gids voor je bezoek aan de Azoren

Een dikke 1.500 kilometer van Lissabon liggen de Azoren, zonder twijfel een van de meest gedroomde bestemmingen in Europa. Ze liggen in Portugal, al heb je qua landschappen eerder het idee ergens in onontdekt Nieuw-Zeeland rond te rijden.

Op deze eilandengroep vind je grillige kustlijnen, groene natuur, spectaculaire watervallen, natuurlijke poelen, stomende geisers, turquoise vulkaanmeren en simpelweg verbluffende uitzichten. En niet te vergeten: liefst 1.766 vulkanen. Ja, je leest het goed. Om je gelijk gerust te stellen: hiervan zijn er slechts negen actief.

Om precies te zijn bestaat de archipel uit negen vulkanische eilandjes waarvan São Miguel het meest bekend is. Dit is bovendien het eiland waar je misschien wel het bekendste plekje van de Azoren vindt, namelijk het kratermeer Lagoa do Fogo. Verder heb je er Terceira, Graciosa, Faial, Pico, São Jorge, Flores, Santa Maria en Corvo.

Je kunt ervoor kiezen om een van de eilanden te ontdekken, al kan je natuurlijk ook gaan eilandhoppen en zo meerdere van de spectaculaire plekken bezoeken. De keuze is helemaal aan jou.

Ik kan je alvast zeggen dat de eilanden allemaal van elkaar verschillen en er een overvloed aan waanzinnig mooie bezienswaardigheden te vinden is. En dat ze verschillen is niet zo vreemd trouwens, want ze zijn eeuwenlang geïsoleerd geweest van de wereld en van elkaar.

Ben je meer van luieren op zandstranden? Dan hoef je bij deze eilandengroep niet aan te kloppen en kan je beter op het vasteland van Portugal blijven. De Azoren bezoek je echt voor een actieve vakantie en wanneer je van roadtrippen en hiken door de natuur houdt.

Wat is er te doen op de Azoren? Je leest het in deze handige gids, waarin ik ieder eiland afzonderlijk voor je bespreek. Daarna zal ik afsluiten met praktische tips zoals hoe rond te reizen, waar te verblijven, de beste reistijd, de kosten en hoe je er komt.

Een ding is zeker als we het over de Azoren hebben: het leven gaat hier een versnelling lager dan je gewend bent. Maar laat dit nou juist iets zijn waar we als mensen tegenwoordig zo’n behoefte aan hebben.

São Miguel

Het hoofdeiland van de Azoren is als gezegd het groene São Miguel met de veelbelovende bijnaam ‘Het Hawaï van Europa’. Al hoef je er absoluut geen hagelwitte stranden te verwachten. Het is er vooral groen en overal staan bloemen in bloei, het gevolg van de zeer vruchtbare vulkanische grond. São Miguel is het meest ontwikkelde en de populairste bestemming van de archipel.

De hoofdstad is Ponta Delgada, daar ligt tevens de luchthaven waar het overgrote deel van de toeristen hun avontuur op de Azoren begint. Het is een gezellige stad, zonder al te veel bezienswaardigheden overigens. Je zou een kijkje kunnen nemen bij Igreja Matriz de São Sebastião, de kerk die het symbool van Ponta Delgada is. Leuker is wat mij betreft om wat rond te struinen en te genieten van verse seafood bij de boulevard. Vanuit Ponta Delgada kan je bovendien een tour boeken om walvissen en dolfijnen te spotten.

Een bekende trekpleister op São Miguel is het kratermeer Sete Cidades, dat in het gelijknamige dorpje ligt. Je komt hier terecht in een serene omgeving, en vanaf Caldeira das Sete Cidades heb je een weergaloos uitzicht op het vulkanische meer. Wanneer de zon schijnt kleurt het water turquoise, wat voor extra fraaie plaatjes zorgt.

Nog zo’n cadeautje van de natuur is Lagoa do Fogo, ook ‘het meer van vuur’ genoemd. Je kunt prachtige hikes maken variërend van 1 tot 3 uur en onderweg stoppen bij diverse uitkijkpunten. Vanaf boven zie je het blauwe meer ingeklemd tussen groene bergwanden die er perfect bij afsteken. Je kunt trouwens ook naar het meer lopen, dit doe je vanaf Miradouro da Lagoa de Fogo.

Een van de mooiere uitzichten van het eiland vind je bij Miradouro da Boca do Inferno, dit viewpoint kan je prima samen met Miradouro da Vista do Rei bezoeken. Het barst overigens van de ‘miradouros’, oftewel uitkijkpunten, op São Miguel. Ik kan er zo nog tien noemen, maar dit lijkt me wat veel van het goede. Oké, nog twee dan: Miradouro de Santa Iria en Miradouro da Ponta da Madrugada. Leuk is om beide plekken te combineren met een bezoekje aan Parque Natural da Ribeira dos Caldeirões, een weelderig natuurpark waar je je in het tropisch regenwoud waant.

Ga ook zeker naar de warmwaterbronnen van Ponta da Ferraria en Caldeira Velha, om jezelf te zuiveren in het helende water. Bij Ponta da Ferraria raad ik je wel aan om waterschoenen aan te doen, want je loopt over lavarotsen om bij de trappen die naar de bron leiden te kunnen komen. En als je naar Caldeira Velha gaat, kom je terecht in een natuurlijke hottub middenin de jungle. Supervet toch?

Verder is de wandeling door het bos naar de watervallen van Salto do Cabrito een aanrader om te doen. Het is net of je ergens Jurassic Park loopt. Je kunt er tevens met de auto komen, al neemt dit een deel van de mooie ervaring weg. De toegankelijkheid met de auto zorgt er helaas wel voor dat het er vrij druk kan worden, ga dus in de ochtend als je de menigte voor wilt zijn.

En wist je dat je op São Miguel de enige theeplantage van Europa hebt? Ik heb het over met Gorreana. Behalve wandelen door de theevelden is er ook een fabriek om te bezoeken. Je kunt hier met eigen ogen kunt zien hoe ze de thee maken, en misschien wel belangrijker: je kan de verse thee uitproberen.

Tot slot is er het plaatsje Furnas met haar geothermische activiteit, wedden dat jij je hier gaat vermaken? Al moet je wel tegen de indringende geuren kunnen die je direct aan rotte eiren doen denken 😉 . Bij Caldeiras da Lagoa das Furnas zie je borrelend water waar zwaveldampen vanaf komen. Er zijn bovendien verschillende hot springs om lekker te ontspannen, bijvoorbeeld Poça da Dona Beija.

Oh trouwens: als je richting Furnas rijdt, stop dan ook nog eventjes bij Lagoa do Congro. Via een korte wandeling over een zandpad, kom je uit bij een indrukwekkende lagune die je even helemaal stil maakt. Dit is de natuur op z’n best.

 

Terceira

Terceira is een ander eiland waar je vanuit zowel Lissabon als Porto direct naartoe kunt vliegen. Je vindt hier afwisselend culturele en natuurlijke hoogtepunten, en door de talrijke groene heuvels en weiden met grazende koeien heb je soms het gevoel ergens in Schotland te zijn beland. Huur een auto en rijd over de kronkelende wegen en door de glooiende, groene landschappen, en neem tegelijkertijd langzaam al het moois in je op.

De hoofdstad van Terceira is Angra do Heroismo waar je een kijkje kunt nemen in het door UNESCO tot werelderfgoed benoemde oude centrum. Zo heb je er bijvoorbeeld de Igreja da Misericordia, een pittoreske kerk die je vanuit iedere hoek boven alles ziet uittorenen. Wandel door de met klinkertjes bezaaide straten met aan beide kanten oude huizen en geniet van de fijne sfeer. Het is absoluut een van de leukere stadjes die je op de Azoren zult tegenkomen.

Ben je in voor wat spanning en sensatie? Ga dan naar Algar do Carvao, een fascinerende vulkaangrot waarin je via zo’n 220 treden liefst 90 meter afdaalt, terwijl je om je heen allerlei soorten lavasteen spot. Aan de wanden zie je een overvloed aan soorten groen, gecreëerd door de talloze soorten mos en varens die er groeien. Het geeft een betoverend effect.

Houd je van een stevige hike? Loop dan de Trilha de Mistérios Negros, een wandeling die je langs soms overweldigende stukken natuur brengt. Al lopend val je van de ene in de andere verbazing. Maar let op: naarmate de tocht vordert zal je over lavabrokken moeten klauteren. Van weelderig groen beland je ineens in een dennenbos en je komt ook nog langs twee meren. Je kan bovendien de Pico Gaspar beklimmen, boven heb je een weids uitzicht. Heerlijk is om jezelf erna te belonen en te verkoelen in de Piscinas Naturais Biscoitos.

Een andere tip die ik voor je heb is om naar het Serra do Cume Viewpoint te gaan, om van een fraai vergezicht op de weiden met grazende koeien te genieten. Houd er wel rekening mee dat het hier bizar hard kan waaien en het er nogal eens behoorlijk mistig is, waardoor het zicht belemmerd wordt.

Leuk is verder om naar de top van Monte Brasil te hiken. Boven kijk je behalve op Angra do Heroismo ook uit op een diepgroene krater. Onderweg kom je bovendien langs gevarieerde natuur en met een beetje geluk zie je hertjes vrolijk ronddartelen.

 

Graciosa

Graciosa is een van de minst bezochte eilanden van de Azoren en tegelijkertijd ook een van de kleinere. Het is zo’n plek waar je gevoelsmatig terug in de tijd stapt. Hier zie je bijvoorbeeld de boeren op hun akkers aan het werk met paard en wagen en hordes koeien over de weg wandelen. Verder staan er aandoenlijke windmolens die voor een fijn sfeertje zorgen.

De hoofdstad is Santa Cruz da Graciosa, maar neem het woord ‘stad’ met een korreltje zout. Er leven namelijk nog geen 2.000 mensen, al is dat ongeveer de helft van het hele eiland. Er is een kleine airport op zo’n 3 kilometer van het centrum.

Ik raad je aan om naar de top van Pico Timão (398 meter) te hiken. Je hebt daar een gaaf uitzicht op Graciosa en de andere eilanden van de Azoren.

Ga verder naar de zwavelgrot Furna do Enxofre, die met name tussen 11.00 uur en 14.00 uur indrukwekkend is wanneer het zonlicht naar binnen schijnt. Het is een van die typische natuurwonderen op de Azoren die je gezien wilt hebben.

En vergeet niet om jezelf te verwennen in de zuiverende baden van Termas Do Carapacho. Ze liggen direct aan de oceaan waardoor je ultiem zult relaxen.

Een lokale lekkernij om te proberen is de stervormige cheesecake, dé zoete snack van de Azoren die je geproefd moet hebben. Dit kan je doen bij de banketbakker Queijadas Da Graciosa.

 

Faial

Een van de kleinere eilandjes van de Azoren is Faial, dat vlakbij het hierna te bespreken Pico ligt. Leuk is om er een scooter te huren en lekker een dagje rond te toeren.

De hoofdstad is Horta en met name bekend vanwege de vestiging van het parlement van de Azoren. Daarnaast is er Marinha Forta, een kleurrijke jachthaven, om rond te kijken. Bijzonder zijn hier de vele muurschilderingen die door scheepslieden gemaakt zijn en ieder hun eigen verhaal vertellen. Een andere tip is om naar Miradouro da Espalamaca te rijden of lopen, vanwaar je de haven van Horta en het andere deel van Faial ziet liggen.

Faial is met name bekend vanwege de Capelinhos-vulkaan en de mooie wandelingen die je er kunt maken. Enkele momenten ervoor rijd je door diepgroene landschappen, en even later kom je terecht in een door eruptie ontstaan maanlandschap waar alle kleuren verdwenen lijken. Vanuit de verlaten vuurtoren die vlakbij ligt, heb je een gaaf uitzicht op de grillige omgeving. Je zult je afvragen hoe het kan dat de vuurtoren de vulkaanuitbarsting heeft overleefd, een vraag die ik zo snel ook niet kan beantwoorden 😉 . Een leuk weetje: na de vulkaanuitbarsting, die in 1957 plaatsvond, is Faial met zo’n 2,5 vierkante kilometer gegroeid. Bizar hè?

Wil je dan toch een mooi strand bezoeken op de Azoren, dan is Praia do Porto Pim een van de betere keuzes. De goudgele zandbank grens aan helder water en wordt omringd door zwarte lavarotsen en groene heuvels. Een aanrader is om hier vers gevangen vis te eten bij een van de restaurantjes.

Iets anders dat de moeite waard is, is zwemmen tussen de vulkanische rotsen bij Piscinas Naturais do Varadouro. En let goed op, je ziet dan kleine nieuwsgierige visjes om je heen zwemmen.

Krijg je geen genoeg van hiken, loop dan richting het uitkijkpunt van Cabeço Gordo, met 1.043 meter de hoogste berg van het eiland. Op de top is een enorme krater met een diepte van 400 meter. In de verte zie je de eilandjes Pico en São Jorge liggen.

 

Pico

Op een half uur varen van Faial ligt Pico, met 445 km² het op een na grootste eiland van de Azoren. Het landschap wordt gedomineerd door vruchtbare lavavelden, viewpoints en heuvels met als hoogtepunt de de majestueuze Ponta do Pico.

De hoofdstad van Pico is Madalena met haar smalle steegjes, witte huizen met rode daken en de Igreja de Santa Maria Madalena. Zeker leuk om eventjes doorheen te wandelen en daarna te relaxen op een terrasje aan de kust.

Pico’s eyecatcher is de 2.351 meter hoge Ponta do Pico, die je vanuit iedere uithoek op het eiland kunt zien. Het leuke is dat je deze vulkaan kunt beklimmen, al is het een behoorlijke tocht. Reken op 7 tot 8 uur wandelen. Boven, bij paal 47, kan je bovendien een uitstapje maken naar de Piquinho.

Wist je dat meer dan de helft van alle grotten van de Azoren op Pico te vinden zijn? Een aanrader is om door de lavagrot Gruta das Torres te lopen, en allerlei fascinerende stalagmieten en stalactieten te bekijken. Je daalt 50 meter af en behalve het licht van je zaklamp is er slechts duisternis. Vooraf reserveren is trouwens aanbevolen, aangezien de tours nogal eens volgeboekt zitten. Lekker is om na je caving experience te gaan zwemmen in de natuurlijke poelen van Criação Velha.

Verder is Pico een uitgelezen bestemming om walvissen te spotten en met dolfijnen te zwemmen. Tijdens de tour kom je soms ook schildpadden tegen, wat de ervaring helemaal compleet maakt.

Houd je van een wijntje? Proef dan de heerlijke Verdelho-wijn, bijvoorbeeld bij de wijngaarden van Lajido da Criação Velha en Lajido de Santa Luzia.

Last but not least: het Lagoa do Capitão is een prachtige plek om rust te vinden. Op de achtergrond zie je de contouren van Montanha do Pico het landschap vormgeven.

 

São Jorge

Op São Jorge vind je wilde natuur en landschappen bestaande uit steile kliffen, panoramische vergezichten, groene bergwanden, flink wat grazende koeien en zogeheten ‘fajãs’. Dit zijn vruchtbare -vaak pittoreske- landtongen, waarvan er tientallen op het eiland zijn.

De hoofdstad is Velas, dat tegen een bergrug is gebouwd en bestaat uit de voor Portugal zo kenmerkende witte huisjes met terracotta daken. Voor gezelligheid adviseer ik je om naar Praça da República te lopen, dit is het plein van Velas waar het allemaal te doen is. Daarnaast is het leuk om een tour te boeken in de haven om walvissen en dolfijnen te spotten.

Een mooie wandeling om af te leggen is de Serra do Toppo trail naar Lagoa da Fajã de Santo Cristo. Na ongeveer 2 uur afdalen kom je aan bij de indrukwekkende lagune, een plek om even lekker uit te puffen na je inspanningen.

Het uitzicht bij Miradouro da Fajã dos Cubres wil je ook niet missen trouwens. De weg ernaartoe leid je langs ontelbaar veel planten en fleurige bloemen, waaronder de voor de Azoren zo bekende blauwe hortensia’s en rauwe gember. Je kunt er tevens langs de kust heen wandelen vanaf Lagoa da Fajã de Santo Cristo.

Centraal ligt de 1.053 meter hoge Pico da Esperança, de hoogste piek van São Jorge. Vanaf de top kijk je uit op het eiland en zie je bovendien Terceira, Pico, Graciosa en Faial liggen.

Iets anders dat ik je aanraad is om te gaan zwemmen in een van de natuurlijke zwembaden op São Jorge. Een tip is Piscina Natural Simao Dias. Je kan er tevens snorkelen om visjes en krabben te zien. Nog zo’n plek is Piscina Natural da Fajã do Ouvidor. Je hebt er bovendien Fajã do Ouvidor, de grootste fajã van het eiland.

Voor de grenzenverleggers is canyoning een must om te doen. Springen, klauteren, hiken, afdalen in een vallei, zwemmen; je zal flink worden uitgedaagd. Je ontdekt São Jorge op een compleet andere en vooral avontuurlijke manier.

 

Flores

Dan het afgelegen eiland Flores, wat letterlijk vertaald ‘bloemen’ betekent. En dit is niet zonder reden, want bijna overal zie je exotische bloemen in allerlei kleuren, en met name blauwe hortensia’s. Maar er is meer, want watervallen en groenblauwe (en zelfs zwarte!) kratermeren zijn andere natuurlijke schoonheden die je op Flores kunt bewonderen.

Flores wordt ook wel eens beschreven als een mengeling van Costa Rica en Hawaii. En zeg nou zelf, klinkt dat niet aanlokkelijk? Het fijne is bovendien dat je er nog maar weinig toeristen ziet. De meeste mensen houden het namelijk bij São Miguel en/of Terceira wanneer ze richting de Azoren gaan.

Behalve het huren van een auto kan je op Flores prima fietsen. Ze is met 141 km² namelijk helemaal niet zo groot.

De hoofdstad is Santa Cruz de Flores, een schattig plaatsje met een kleine airport en enkele accommodaties. Om je een indruk te geven: vanuit de luchthaven wandel je zo het dorp in. Wat ik je in ieder geval aanraad is om de lokale specialiteit Sopas do Espírito te proberen. Daarnaast is het de moeite om naar Miradouro do Monte das Cruzes te wandelen, je hebt daar een mooi uitzicht op het dorpje.

Tof om te doen is de wandeling naar Poco da Ribeira do Ferreiro. Na een minuut of 45, deels klauterend over glibberige rotsblokken, kom je uit bij Poço das Patas, een fotogeniek meer en diverse watervallen die langs groene rotswanden naar beneden storten. De kans is groot dat je hier helemaal alleen bent, waardoor je je intens verbonden voelt met de natuur.

Een andere aanrader is het bezoeken van de zeven kratermeren van Sete Lagoas die gevormd zijn door vulkaanuitbarstingen in het verleden. Je hebt er onder andere Lagoa Negra, een mystiek zwart meer met een gemeten diepte van liefst 100 meter.

Wanneer je een roadtrip maakt, stop dan bij een van de vele uitkijkpunten, zoals Miradouro do Portal. Je kijkt hier uit op het kneuterige doprje Fajãzinha, de Ribeira Grandé-vallei en verschillende watervallen. Een ander boeiend uitzicht heb je bij Rocha dos Bordões, een opzienbarende rots met verticale strepen die door een vulkaanuitbarsting zijn ontstaan.

Op zoek naar iets avontuurlijkers? Ga dan op ontdekking in de Gruta dos Incharéus, grotten die je langs de kust van Flores vindt en met de boot kunt bezoeken. Je dobbert langzaam de grotopening binnen, je voelt de druppels van het plafond op je neerdalen en dan begint het spektakel…

Tot slot raad ik je aan om naar het dorpje Faja Grande te rijden, de meest westelijk gelegen plaats van Europa. De tijd lijkt er te hebben stilgestaan, de natuur is er adembenemend en meerdere wandelroutes eindigen hier.

 

Santa Maria

Het oudste en meest zuidelijke eiland van de Azoren is Santa Maria. Ze wordt vanwege de meeste zonuren ook wel ‘de Algarve van de Azoren’ genoemd. Deze plek wijkt af van de andere eilanden omdat je er enkele natuurlijke geel gekleurde zandstranden vindt. Net als op Graciosa zal je ook hier amper andere toeristen tegen het lijf lopen.

De belangrijkste plaats op Santa Maria is Vila do Porto, al is dit eigenlijk niets meer dan een lange weg met wat accommodaties, winkels, eetzaakjes en een kerk.

Praia Formosa is hét strand van Santa Maria en fijne spot om te relaxen. Echter, ben je de stranden van de Algarve gewend, dan zal je dit niet superboeiend vinden of zo, zo eerlijk ben ik ook met je. Maar goed, de Azoren bezoek je dan ook niet voor de stranden, zo had ik je al verteld 🙂 .

‘De rode woestijn van de Azoren’, zo wordt Barreiro da Faneca door menig reiziger omschreven. Een woestijn zou ik het echter niet willen noemen, het is een vlakte bestaande uit rode klei. Niet heel bijzonder als je het mij vraagt, maar lachen om even gezien te hebben.

Boeiender zijn wat mij betreft is de 20 meter hoge waterval van Ribeira do Maloás. Leuk is om naar beneden af te zakken en het geluid van de kikkers te horen. Tijdens de wandeling naar de waterval word je omringd terrasvormige heuvels die beplant zijn met wijnstokken. Opvallend is de gigantische rotsmuur waarop verticale kolommen van basalt zijn afgetekend. De beste tijd om de waterval te zien is tussen november en maart.

Een tof uitzicht heb je bij Farol de Gonçalo Velho, met haar beroemde vuurtoren die op een klif gebouwd is. Ook bij Poço da Pedreira heb je mooie vergezichten. Het is een fijne rustige spot met een vijver waar kwakende kikkers rond je voeten springen. Tot slot is ook Miradouro São Lourenço een aanrader als je niet genoeg kunt krijgen van de uitzichten op Santa Maria.

De echte avonturiers kunnen in 5 dagen het hele eiland rondlopen. Je legt ruim 70 kilometer af en slaap onderweg in speciale hutten.

 

Corvo

Ten slotte bespreek ik het eilandje Corvo met haar vulkaankraters en groene, verlaten landschap en opvallende oude windmolens. In feite is het een grote komvormige krater, oftewel een caldera. Soms zeggen ze toch wel eens dat je ergens aan het eind van de wereld bent aanbeland? Corvo is een bestemming die precies zo aanvoelt. UNESCO heeft het eiland trouwens benoemd tot biosfeerreservaat, waardoor het ecosysteem beschermd wordt.

Ze is met zo’n 17km² overigens het kleinste eiland van de Azoren en je hebt er welgeteld een dorpje: het fotogenieke Vila Nova do Corvo. Het viewpoint boven het dorp geeft je een panoramisch uitzicht op de witte huisjes met roodoranje daken en de oneindige oceaan.

Het hoogtepunt is hier ongetwijfeld de hike naar het kratermeer van Caldeirão bij Monte Gordo. Er is een wandelpad van 5 kilometer aangelegd die dwars door de 2 kilometer lange krater gaat. Op de graslanden zie je paarden en helemaal beneden ligt het meer. Voor nog een mooi uitzicht raad ik je aan om via het 7 kilometer lange slingerpad naar de top van de berg Morro dos Homens te gaan.

Rond Corvo kan je trouwens goed duiken. Tijdens je duiktrip is het spotten van walvissen, dolfijnen en mantaroggen is geen uitzondering.

 

Eilandhoppen op de Azoren

Tussen meerdere eilanden varen ferry’s. Hieronder heb ik een aantal trajecten voor je uiteengezet:

• Van São Miguel naar Terceira (4,5 uur reistijd).
• Van São Miguel naar Santa Maria (2,5 uur reistijd).
• Van Faial naar Pico (30 minuten reistijd).
• Van São Jorge naar Pico (1 uur en 3 kwartier reistijd).
• Van Corvo naar Flores (40 minuten reistijd).
• Van Terceira naar Sao Jorge (4 uur reistijd).
• Van Terceira naar Graciosa (3,5 uur reistijd).
• Van Velas naar Graciosa (2,5 uur reistijd).
• Van Velas naar Pico (50 minuten reistijd).

Op deze website kan je alle trajecten inclusief de ferryprijzen bekijken.

Er wordt op regelmatige basis tussen de eilanden gevlogen, dat zou je dus ook nog altijd optie kunnen overwegen.

Zo vlieg je in 40 minuten van São Miguel naar Terceira, in 1,5 uur van São Miguel naar Corvo, in 35 minuten van Terceira naar São Jorge en in 1 uur van Terceira naar Flores.

 

Heb je een auto nodig op de Azoren?

Op veel van de eilanden rijden bussen, al zijn die vooral gericht op locals, om ze naar hun werk te kunnen brengen. Vergelijkbaar met Madeira.

Op São Miguel bijvoorbeeld kan je van stadje A naar stadje B met de bus, maar om bij Lagoa do Fogo te komen heb je echt eigen vervoer nodig.

Een auto huren is vrij prijzig op de Azoren, probeer zo vroeg mogelijk te boeken voor de beste prijzen. Als ik via Discover Cars in Ponta Delgada over 4 dagen een auto wil huren voor de periode van 3 dagen, betaal ik het duizelingwekkende bedrag van €552,03 voor een Renault Clio. Boek ik 5 maanden van tevoren, dan bedragen de kosten €265,32.

Iets anders dat je zou kunnen overwegen is het huren van een mountainbike.

 

Hoe zit het met accommodaties?

Je kunt je slaapplek regelen via bijvoorbeeld Booking.com. Ook kan je ervoor kiezen om spontaan ergens binnen te wandelen en ter plekke te boeken.

 

Waar kan je tours en activiteiten boeken?

Als je een auto huurt kan je makkelijk zelf naar de meeste bezienswaardigheden rijden. Doe je dit echter niet, dan is het aan te raden om een tour te boeken, dit kan lokaal of bijvoorbeeld via Get Your Guide.

Sowieso zal je soms een tour moeten doen, bijvoorbeeld als je walvissen of dolfijnen wilt gaan spotten vanaf São Miguel of wanneer je op een quad wilt crossen van Ponta Delgada naar Sete Cidades.

 

Wat is de beste reistijd voor de Azoren?

Het gehele jaar door is er een vrij mild klimaat op de Azoren, met temperaturen van zo’n 14°C in de winter en ongeveer 25°C in de zomer.

De minste regen valt normaal gezien in de maanden juli tot en met oktober, bovendien is de temperatuur dan het fijnst. Deze periode kan je daarom beschouwen als de beste reistijd om de Azoren te bezoeken.

Om walvissen te spotten zijn april tot oktober de beste maanden. De grotere blauwe walvis is er met name van half mei tot en met eind juni. De potvis, een andere graag geziene gast rond de Azoren, kan je het hele jaar zien rondzwemmen.

 

Zijn de Azoren duur?

De natuur krijg je in ieder geval helemaal gratis, dus dat is mooi meegenomen 🙂 .

Wel zeg ik erbij dat de Azoren niet persé een echte backpackbestemming is. Wel qua natuur en bezienswaardigheden natuurlijk, maar de mindere kanten zijn het geringe aantal hostels op de eilanden en het publieke transport wat niet of nauwelijks op toeristen gericht is.

Dit wetende vertelt je al een beetje dat je rekening moet houden met behoorlijke kosten. Al is het er nog altijd goedkoper dan in Nederland hoor 😉 .

Om je een indruk te geven heb ik hieronder wat typische kosten voor je uiteengezet:

• Voor een bed in een hostel moet je rekening houden met prijzen tussen de €25 en €50 per nacht, niet bepaald goedkoop.
• De huur van een auto kost je minimaal €30 per dag.
• Een dagmenu bij een lokaal eetzaakje heb je vanaf €7.
• Bij een toeristischer restaurant kan je rekenen op €15 tot €20 voor een maaltijd, bijvoorbeeld verse vis.
• Koffie is net zoals overal in Portugal goedkoop, denk aan prijzen vanaf €0,80 voor een espresso.
• Een whale watching tour inclusief dolfijnen spotten (3 uur) vanuit Ponta Delgada zal rond de €55 kosten.
• Voor de ferry van São Miguel naar Terceira (4,5 uur reistijd) betaal je €50 voor een enkeltje. Van São Miguel naar Santa Maria (2,5 uur reistijd) ben je €30 kwijt.

Wat kosten de Azoren per dag? Als je low-budget reist moet je in ieder geval rekening houden met een budget van €50 per dag. In dat geval reis je samen en kun je de huurkosten van de auto delen.

 

Welke route is leuk voor de Azoren?

Als je nog een leuke Azoren-route zoekt raad ik je aan om een kijkje te nemen in Backpackgids Portugal. Hierin komen alle eilanden van de Azoren aan bod en geef ik handige tips om je route in te korten of uit te breiden.

 

Hoe kom je op de Azoren?

Vanaf het Portugese vasteland kan je enkel met het vliegtuig op de Azoren komen. Vliegen is mogelijk vanuit Lissabon en Porto.

In Lissabon heb je vluchten naar São Miguel (2 uur en 25 minuten reistijd), Terceira (2 uur en 35 minuten reistijd) en Faial (2 uur en 45 minuten reistijd). Vanuit Porto van je ongeveer 2,5 uur onderweg naar zowel São Miguel als Terceira.

Aan de reistijden zie je al dat de Azoren niet om de hoek zijn. Ze liggen dan ook zo’n 1.500 kilometer van het vasteland af.