“Nara is really nice,” is wat Azumi, de eigenaresse van m’n Airbnb in Kanazawa, via Whatsapp tegen me zei. Het meest bijzondere is waarschijnlijk dat er daar zo’n 1.200 herten in het wild rondhuppelen. Maar er staat bijvoorbeeld ook een van de grootste Boeddhabeelden ter wereld. Ja, je leest het goed.
Aangezien ik een paar dagen later naar Kyoto zou gaan, zette ik deze bestemming alvast in grote letters op m’n lijstje. Nara is vanuit daar namelijk eenvoudig als dagtrip te bezoeken. Ik begon meteen wat artikelen over het plaatsje te lezen, en zag vooral wisselende meningen. De een spreekt over een verkapte dierentuin die niet de moeite waard is, terwijl de ander het heeft over een prachtige bestemming die je gezien moet hebben.
Hoewel ik na mijn kleine onderzoekje enigszins sceptisch was, was mijn interesse genoeg gewekt om het een kans te geven. Ik besloot zodoende om de trein te pakken en zelf een kijkje te nemen.
In dit artikel lees je hoe het me bevallen is in Nara. Verder geef ik je alle info en tips om alles uit je bezoek te halen.
Over Nara
In het hart van de Kansai-regio ligt het schattige plaatsje Nara. Schattig omdat er meer dan 1.000 herten vrij rondlopen, sikaherten in het bijzonder.
De plek waar het allemaal te doen is is Nara-Koen, oftewel het Narapark. Met de talrijke UNESCO-tempels, het Kasugayama Primeval Forest en de aangelegen heuvel ademt alles hier geschiedenis en spiritualiteit.
Nara was overigens Japans hoofdstad in de jaren 710 tot 784. In die periode werd trouwens ook het boeddhisme officieel erkend in Japan, daarmee heeft Nara een vooraanstaande rol gespeeld in de geschiedenis van het Japanse boeddhisme.
Toen ik aankwam in Nara
Azumi, de vrouw waarover ik je in ’t begin vertelde, werkt in Nara en had voorgesteld om me er een beetje rond te leiden. Geen slecht plan, zo leek me. Want wie weet er nou betere plekjes dan een local? Bovendien vond ik het leuk om even kennis met ‘r te maken, omdat ik in haar woning -Airbnb- verbleven was.
Na in een Italiaans koffiecafé op Azumi te hebben gewacht, kwam ze aanlopen. Ze vroeg redelijk verlegen -of moet ik zeggen op z’n Japans?- of ik Robbert was. Over Whatsapp typte ze telkens lange Engelse volzinnen naar me, alleen toen we elkaar in levende lijve zagen bleek dat ze al die tijd Google Translate had gebruikt om met me te communiceren.
We liepen vanaf het station richting Nara-Koen, oftewel het plaatselijke park waar het allemaal te doen is. Hier vind je eigenlijk alle hoogtepunten van de vroegere Japanse hoofdstad. Je kunt zodoende alles prima te voet bezoeken.
Bezienswaardigheden en activiteiten in Nara
In dit gedeelte vertel ik je wat er allemaal te doen is in Nara, inclusief mijn (leuke 🙂 ) ervaringen.
Voor veel van de bezienswaardigheden moet je overigens betalen, hou daar dus rekening mee tijdens je bezoek. Ik noem telkens de entreeprijs in Japanse yen (JPY).
Maak kennis met de heilige en allesbehalve verlegen herten in het Nara Park
“Where are the deers?” is de eerste vraag die ik stelde. Rond het station waren er immers nog geen te zien. En ik had geen idee wat of waar ik ze kon verwachten.
“Deers?” antwoordde Azumi. Oh ja shit, ze sprak natuurlijk nauwelijks Engels. Vervolgens probeerde ik op vrij amateuristische wijze een dier met gewei uit te beelden, wat het voor Azumi alleen maar onduidelijker maakte. Waarom moeilijk doen, dacht ik toen? Google Translate hielp me weer eens uit de brand.
Azumi lachte en zei tegen me dat we de herten een stukje verderop te zien zouden krijgen.
En inderdaad, er lagen er een paar te relaxen in het gras onder een boom met rode blaadjes. Weinig verrassend liepen er toeristen naartoe om er een selfie mee te maken. Tegelijkertijd zag ik een handjevol herten, met hun neuzen de lucht in, op mensen met eten aflopen. En niet bepaald rustig, eerder brutaal.
Ik moest lachen toen een van de herten eten uit een kinderwagen probeerde te jatten. De baby die erin lag leek zich er geen raad mee te weten en begon te huilen. De moeder deed vervolgens verwoede pogingen om het hert weg te krijgen. Later op de middag zou ik ook nog half worden aangevallen, daarover straks meer.
Je kunt in het Narapark voor 200 yen zelfs hertensnacks kopen, een soort dunne koekjes waar de dieren van smullen. Azumi kocht er een stuk of tien en de beesten kwamen als hongerige hyena’s op haar afgerend. Het zag er grappig uit, maar aan de andere kant hoort zoiets -het voeren- eigenlijk niet. Hetzelfde geldt voor de afgezaagde geweien van de mannetjesherten, wat men gedaan heeft vanwege veiligheidsredenen en bescherming van de bomen. Slechts stompjes zijn het die je ziet. Zielig als je het mij vraagt. Toch zagen de beestjes er gelukkig uit. Al is dit vrij logisch, ze weten simpelweg niet beter.
De inmiddels tamme herten hebben in Nara trouwens een heilige status, aangezien ze als boodschappers van god worden gezien.
Bewonder de Todaiji Temple: een 15 meter hoge bronzen Boeddha
Na flink wat gelachen te hebben om de rennende, liggende en naar eten zoekende herten, liepen we verder richting Todaiji, de bekendste tempel van Nara. In een enorm houten gebouw vind je een van de grotere Boeddhabeelden ter wereld. En dat wilde ik natuurlijk wel even zien.
Al bleek ik niet de enige…
Het pad naar de tempel werd overspoeld door toeristen en er leken hier nog meer herten te lopen, dan op de weg waar we eerder liepen. Sommige mensen waren dwangmatig bezig om de perfecte Instagram-foto met een hert te maken. Koekje in de hand, om zo het dier voor de camera te lokken.
Zo ook een Aziatisch meisje. Toen er op een gegeven moment ineens vier herten op haar kwamen afstormen koos ze echter eieren voor d’r geld, en liet ze haar fotoambities maar eventjes links liggen.
Ik als toeschouwer van dit komische tafereel bleek ook interessant te zijn. De beesten dachten waarschijnlijk dat m’n telefoon eten was en begonnen aan m’n trui te trekken. Ik wist niet wat ik meemaakte en moest lachen, al schrok ik me net zo goed rot. Ze kwamen namelijk achterlangs, waardoor ik het totaal niet aan zag komen. Gelukkig kon ik vrij snel weer doorlopen. Ze loerden vervolgens naar andere gegadigden.
En de Todaiji Temple?
Geweldig mooi! De Boeddha, oftewel de Daibutsu, is 15 meter hoog en volledig van brons. Erachter blinkt een gouden wand waarin allerlei kleinere gouden Boeddha’s verwerkt zitten. Er is bovendien een pilaar met een opening zo klein als het neusgat van de Daibatsu. Weet je je hierdoor heen te wurmen, dan zal je in een volgend leven verlichting vinden, zo gelooft men.
Het gebouw waarin je deze gigantische Boeddha vindt is misschien wel een van de meest imposante gebouwen die ik in Japan heb gezien. Toen ik dat tegen Azumi zei, reageerde ze vol trots. Deze tempel is voor de Japanners in vele opzichten namelijk erg waardevol. Nog niet zo lang geleden was de Great Buddha Hall trouwens het grootste houten gebouw op onze aardbol. En dan te bedenken dat ‘ie voor de reconstructie in 1692 nog een veel grotere omvang had.
Aangezien Azumi weer aan het werk moest, bedankte ik haar voor de genomen moeite en de korte maar leuke tijd. We namen afscheid van elkaar en ik ging vervolgens zelf door met de verkenning.
Toegang tot de Todaiji Temple kost je 800 JPY.
Vind ultieme rust bij de Ukimi-do Hall
Aan de rand van de Sagi-ike-vijver ligt een steiger met daarop een pittoresk huisje, waarvan je bij helder weer de weerspiegeling in het water ziet. Vergeleken met de grote Boeddha is het hier lekker rustig en kun je even bijkomen van de drukte. Tijdens mijn bezoek was de omgeving er trouwens supermooi, omdat de herfstkleuren in overvloed aanwezig waren.
De toegang bedraagt 300 JPY.
Dompel je onder in mystieke sferen rondom Kasuga Taisha
Kaduga Taisha is een bijzondere plek, zo wordt ze als een van de meest heilige plaatsen van Japan beschouwd. Ook worden er hier vier Shinto-goden vereerd, iets wat niet vaak voorkomt. Rondom het schrijn vind je ontelbaar veel bronzen lantaarns en de weg die erheen loopt is misschien nog wel indrukwekkender dan de Kaduga Taisha zelf.
Je wandelt door een mysterieus aanvoelend bos genaamd Kasugayama Primeval Forest, geflankeerd door stenen lantaarns waarin Japanse tekens gekerfd staan. Uit het niets duikt er soms ineens een hert op. Af en toe lijken ze zelfs te poseren. Ze steken dan bijvoorbeeld hun snuit tussen de beelden door, en laten de mensen vol overgave foto’s nemen. Toevallig zag ik hier gelukkig wel een aantal van deze beestjes waarvan het gewei niet was afgezaagd.
Boven kun je tegen betaling (700 JPY) een kijkje in de binnenhal nemen, om zo diverse heiligdommen van dichtbij te zien. Maar zoals ik al zei vond ik met name de omgeving rond Kaduga Taisha erg gaaf. Je hoeft er dus niet perse geld uit te geven om je te vermaken.
Bij het complex hoort tevens de Manyo Botanical Garden, al moet je daar wederom een ticket kopen (500 JPY). Dit zou ik niet doen, aangezien de hierna te noemen Yoshikien Garden veel indrukwekkender is.
Loop naar de top van Mount Wakakusa
Aan de oostzijde van het Nara Park doemt een 342 meter hoge heuvel op, ik heb het over Mount Wakakusa. Leuk is om na de Kasuga Taisha eventjes naar boven te wandelen en uit te kijken op het UNESCO-gebied wat voor je ligt.
Je betaalt 150 JPY tot 300 JPY om de heuvel op te mogen, de prijs is afhankelijk van het seizoen.
Struin door de betoverende Yoshikien Garden
Ter afsluiting van de middag wilde ik graag nog een van de tuinen bekijken. Ik koos voor Yoshikien, en wat een mooie plek is dit zeg. Het complex bestaat uit drie verschillende gedeeltes: een vijvertuin, een mostuin en een theeceremonietuin. En in tegenstelling tot de meeste spots in Nara kom je er terecht in een oase van rust.
De wandeling bracht me langs plekjes waarvan lastig in woorden uit te drukken is hoe mooi ik ze vond. Door de mix van gele, oranje, rode en groene kleuren plus de boogbruggetjes, boeddhistische beelden, met mos bedekte rotsblokken en de vele kronkelpaden, waande ik me voor eventjes in een sprookje.
Aan de overkant ligt trouwens nog de Isuien Garden, al is een van deze twee tuinen bezoeken waarschijnlijk wel voldoende. Yoshikien is op vertoon van je paspoort of rijbewijs bovendien gratis, terwijl je voor Isuien 1.200 JPY entree dient te betalen.
Buiten het toeristische deel: Yakushi-ji, Toshodai-ji en Mausoleum of Emperor Suinin
Mocht je tevens het minder toeristische deel van Nara willen zien, dan kun je met de bus of fiets naar het westen van de stad rijden om daar Yakushi-ji (entree: 1.000 JPY) en Toshodai-ji (entree: 800 JPY) te bezoeken. Dit zijn twee tempels die op de werelderfgoed van UNESCO staan. Daar in de buurt vind je ook het Mausoleum of Emperor Suinin (entree: gratis).
Maar heel eerlijk, ik verwacht dat je na de tempels rond het Nara Park je portie bezienswaardigheden wel gehad hebt. Da’s uiteraard helemaal aan jezelf en moet je lekker op de dag zelf beoordelen.
Tours in Nara
Gaaf is om Nara met een gids te ontdekken. Zo zal je bezoek net wat meer diepgang hebben dan wanneer je er op eigen houtje heengaat.
Op Get Your Guide vind je meerdere interessante tours om in Nara te doen, dit zijn de zes populairste (klik aan en boek):
Welke eet- en drinktentjes raad ik je aan in Nara?
Je kunt altijd even een snelle snack bij de Lawson of 7-Eleven scoren. Lekker en cheap!
Zin in ramen? Even voor de duidelijkheid: ik bedoel de Japanse noodlesoep 🙂 . In Nara zitten een aantal uitstekende ramen-zaakjes, twee tips die ik voor je heb zijn Susuruka, Susuranka en Zagin Kintetsu-Nara.
Heerlijke humus, baklava, shoarma en zulk soort dingen vind je bij het Sahha Halal Restaurant. De ideale spot om je middagje in Nara mee af te sluiten.
Surugamachi’s Okonomiyakiya is bekend om de ‘Okonomiyaki’, de iconische hartige pannenkoek uit Japan.
En uiteraard mag suhsi hier niet ontbreken. Immers, je bent wel in Japan hè! Een cool sushi-restaurantje is Fuku Sushi.
Voor de betere koffie van Nara raad ik je aan om naar CHAMI, aka tombo coffee of HAKUSHICAFE te gaan. Bij al deze zaakjes hebben ze eveneens lekkere matcha. Ook 抹茶ラテ専門店 MATCHA NARA is wat dat betreft een tent die geliefd is.
Waar in Nara raad ik je aan om te overnachten?
Wil je blijven tukken in Nara? Ik heb een aantal leuke plekjes voor je geselecteerd. Goedkoop, medium geprijsd en high-end.
Twee fijne hostels zijn Yuzan Guesthouse en Hilo Hostel. Deze plekken zijn ideaal wanneer je graag andere backpackers wilt ontmoeten.
Een guesthouse dat ik je aanraad is Guesthouse Nara Komachi. Traditionele vibes vind je bij Slow House Nara.
Als je een goed en goedkoop hotel zoekt met onder meer eenpersoonskamers, dan is Hotel Nara Sakurai No Sato (eventjes buiten Nara) top.
Ben je meer van de luxe? Ook dan zit in je Nara goed. Tsukihitei, gelegen in het Kasugayama Primeval-bos, is ronduit geweldig (niet overdreven!). Andere tips zijn SETRE Naramaci en het Nara Hotel.
Hoeveel dagen raad ik je aan om in Nara te blijven?
De meeste mensen kiezen ervoor om Nara als dagtrip vanuit nabijgelegen steden als Kyoto of Osaka te doen. Da’s ook wat ik heb gedaan. Persoonlijk had ik het er na een middagje wel gezien.
Indien je de stadshectiek voor even achter je wilt laten, is een of enkele nachtjes in Nara verblijven echter absoluut geen straf.
Hoe zit het met vervoer in Nara?
Het gros van de bezienswaardigheden van Nara liggen allemaal op loopafstand van elkaar, en vanaf het Kintetsu-Nara Station wandel je er in een kwartiertje naartoe.
Leuk is eveneens om een fiets te huren, da’s bijvoorbeeld mogelijk op datzelfde Kintetsu-Nara Station en kost je 500 JPY tot 1.000 JPY per dag.
Er is tevens een bus -de Nara Kotsu Bus- die vanaf het treinstation vertrekt en je langs alle hoogtepunten in het gebied rijdt. Om precies te zijn stopt de bus bij Nara Park, Todaiji en Kasuga Taisha. Tickets kosten 220 JPY.
Wat is de beste reistijd voor Nara?
Nara is op haar mooist in ofwel de lente -maart tot en met mei- ofwel de herfst -september tot en met november. Ikzelf ging er in de herfst naartoe (eind november), en zoals je op de foto’s ziet zag het er allemaal sprookjesachtig mooi uit.
Voor wat betreft de lente is het kersenbloesem-seizoen de indrukwekkendste periode, veelal eind april. Die schoonheid trekt desondanks ook een hoop toeristen aan, evenals in de herfst trouwens. Tip: ga vroeg in de ochtend om ze te ontwijken 🙂 .
In de zomermaanden -juni tot en met augustus- is het aan de benauwde kant en valt de meeste regen. De felle kleuren van de herfst en lente heb je dan bovendien niet.
Tot slot is het in de winter -december tot februari- betrekkelijk rustig in Nara. En met 0°C tot 10°C relatief koud.
Wat vond ik van Nara?

Ik vond Nara een bestemming die zeker de moeite waard is. Nee, het is niet helemaal natuurlijk hoe de herten hier leven, maar ze zien er happy uit en kunnen in ieder geval gewoon hun eigen gang gaan. En dat doen ze ook 😀 .
Verder zijn de tempels en schrijnen erg imponerend en de hele setting met het bos en de kleurrijke tuinen maken het er extra bijzonder. Toeristisch is het er wel, alleen waar in Japan is dit niet zo? Als je behoefte hebt aan rust, kun je bovendien naar de Yoshikien Garden of de Ukimi-do Hall lopen.
Hoe kom je in Nara?
Nara is zowel vanuit Osaka (50 minuten) als Kyoto (45 minuten) eenvoudig te bereiken. Pak de trein naar het Kintetsu-Nara Station en vanuit daar loop je in een kwartiertje richting Nara-Koen. Treinkaartjes koop je op ’t station of online via 12Go Asia.
Als je een JR Railpass hebt kun je beter voor Nara Station kiezen, je reist dan gratis. Beide stations liggen op ongeveer 1 kilometer van elkaar.
Laat mij je helpen met je rondreis door Japan
Na mijn avontuur in Japan heb ik een uitgebreide (en digitale) reisgids vol inspiratie, routes en hidden gems geschreven. Ieder eiland komt aan bod. Er zit bovendien een extra boekje met insider-tips bij. Je vindt hem hier.
Door deze aan te schaffen doe je niet alleen jezelf maar ook mij (een beetje) plezier. De inkomsten die ik daaruit haal gebruik ik om deze site draaiende te houden. Dankjewel 🙂 .
Meer lezen over Japan
Behalve Nara heb ik nog zoveel meer beleefd in het betoverende Japan. Ik reisde er een maand rond, en trok Tokyo helemaal naar Fukuoka.
Lees je graag verder? Check dan mijn uitgebreide Japan-gids. Bekijk verder ook de speciale Japan-pagina.
De heilige herten van Nara… Ga jij ze bezoeken?
Ik ben zelf ook een groot fan van Japan. De natuur en de schoonheid van de tuinen die aangelegd zijn vind ik fantastisch. Ook de tempels aan de oevers of in het water die met een steiger verbonden worden vind ik altijd indrukwekkend.